Puzzeltocht de Groene Kamers van Rilland

Algemeen

U staat aan de start van een interactieve fietsroute door het gebied van de Groene Kamers van Rilland. Dit unieke gebied herbergt een interessante ontstaansgeschiedenis, er is op vele fronten in het gebied veel te zien en te beleven. Rijke, robuuste natuur wordt hier afgewisseld met landbouw en opwekking van duurzame wind- en zonne-energie. Een waterrijk gebied met een indrukwekkend sluizencomplex en machtige scheepvaart, waar ook ruimte is voor rust en vertier en waar volop hengelsport wordt bedreven. Het gebied is het knooppunt van alles dat Zeeland in- en uitgaat.

Wij willen via deze fietstocht op een interactieve wijze laten zien wat onze toekomstvisie voor het gebied is. We willen graag dat hier een toekomstbestendige ontwikkeling op gang komt voor vijf belangrijke opgaven, namelijk 1. meer natuur en biodiversiteit in het gebied, 2. verduurzaming van de landbouw, 3. voldoende zoet water, 4. een leefbaar en recreatief gebied en 5. de energietransitie als vliegwiel voor de eerder genoemde opgaven.

U vindt de fietstocht onderaan deze pagina bij Downloads.

Fietsroutekaart De Groene Kamers van Rilland

Fietsroutekaart De Groene Kamers van Rilland

1. Startpunt Bath

We starten in het dorp Bath, van oudsher een fortificatie ter verdediging, controle en tolheffing van de Schelde en Antwerpen.

Bocht van Bath

De Bocht van Bath is een havengeul in de Westerschelde waar deze overgaat in de Schelde. Deze tak van de waterstroom is sinds de Belgische Revolutie tussen België en Nederland een gebied dat door beide landen wordt geclaimd. De bocht, genaamd naar het dichtbij gelegen Bath, werd in 1919 deel van een gedemilitariseerde zone. Dit is een bufferzone tussen twee landen waar spanningen tussen bestaan, die verplicht vrijgemaakt is van de aanwezigheid van militairen.

De Bocht van Bath maakt onderdeel uit van een belangrijke vaarweg van en naar de haven van Antwerpen. Op dit punt varen machtige schepen dicht langs de waterkant zodat ze goed te aanschouwen zijn. Goed vaarmansschap is nodig om de schepen hierdoor te manouvreren. Soms gaat dat fout, in het verleden zijn er wel eens schepen gestrand. In 2017 strande het containerschip ‘De Jupiter’ direct voor de dijk en zorgde voor een massa aan publiek.  

2. Vroegere Haventje Geul van Paviljoen en Spuisluis

U bevindt zich op de Bathsedijk, nabij het Rijksmonument, de oude spuisluis met ten westen daarvan de spuikom. Deze ligt in de in 1856 bedijkte Eerste Bathpolder.

Voordat er een dijk was grensde de spuisluis aan de Westerschelde. Daarna is de huidige Paviljoenpolder ontstaan. De polder wordt nu hoofdzakelijk gebruik voor landbouw, maar heeft een belangrijke waterstaatkundige functie als overstromingsgebied bij extreme afvoer van de rivieren. 

Het zuidelijk deel is het Bathse Schor. Een vogelrijk natuurgebied in beheer bij Staatsbosbeheer. In 1968 zijn bij werkzaamheden voor de aanleg van het Schelde-Rijnkanaal, op de schorren nabij het vervallen haventje 'De geul van het paviljoen', overblijfselen aangetroffen van het oude (verdronken) Bath, muurresten van de kerk en menselijke skeletten. In deze polder blijft de landbouw actief maar kunnen zonnepanelen worden gebruikt als teeltondersteunende voorziening. De zonnepanelen kunnen dan slim worden aangesloten op hetzelfde stroomnetwerk als de windmolens. 

Kaart 1925
Kaart 1925

3. Het driepolderpunt: 1ste Bathpolder, Paviljoenpolder en Kreekrakpolder

U staat op het knooppunt van 3 verschillende polders.

  1. De 1ste Bathpolder, ingepolderd in 1856, heeft hoofdzakelijk een landbouwfunctie. In de polder ligt het buurschap Zuidhof en in de noordoosthoek zijn belangrijke hoogspanningsstations aanwezig van Tennet en Stedin. 
  2. De noordelijk gelegen driehoek behoorde, voordat het kanaal werd aangelegd, tot de Kreekrakpolder die oostelijk van het kanaal is gelegen. De polder wordt gebruikt als landbouwgrond.
  3. Zuidelijk ligt de eerder onder punt 2 omschreven Paviljoenpolder.

In 2012 zijn in de polders 6 windmolens geplaatst. Elke windmolen produceert energie voor ongeveer 1800 huishoudens en heeft een opgesteld vermogen van 2,5 MW.

In de toekomst willen we graag dat hoogspanningsstations met meer groen worden ingepakt zodat ze minder opvallen. Ook reserveren we in deze hoek meer ruimte voor het bewaken van de energiebalans op het netwerk en voor energieopslag. Onder de windmolens kunnen zonnepanelen worden geplaatst die gekoppeld worden aan dezelfde stroomkabel van de windmolens. De zonnepanelen kunnen dan gelijk een beschermende functie bieden aan gewassen die op de gronden worden geteeld. Ook zijn er plannen voor de opslag van zoet water voor de landbouw waar dan gedeeltelijk zonnepanelen op kunnen worden gelegd. In de polders blijft landbouw een belangrijke functie die ook in de toekomst moet verduurzamen. 

Transformatorstation Rilland
In de verte ziet u het transformatorstation Rilland in Reimerswaal. In dit station wordt de elektriciteitsverbinding van TenneT (de landelijke netbeheerder) aangesloten op het regionale elektriciteitsnet van Stedin. Dat gaat niet zomaar; we hebben hier een paar grote transformatoren staan die de spanning van 150.000 volt terugbrengen naar zowel 21.000 volt als 10.500 volt, ook wel 21 kV en 10,5 kV (kilovolt) genoemd. Deze lagere spanningen kunnen we eenvoudig ondergronds vervoeren via verschillende kabels naar elektriciteitshuisjes, zoals in de woonwijken en bij bedrijventerreinen in de omgeving.

Van transformatorstation naar je stopcontact thuis
In die elektriciteitshuisjes zit een veel kleinere transformator die de spanning nog verder terugbrengt naar 230 volt. Dat is de spanning die jij uiteindelijk thuis in je meterkast en je stopcontact ontvangt.

U kunt dit station zien als een afrit van de snelweg. Waar we in de zware verbindingen van TenneT veel capaciteit hebben om grote hoeveelheden energie van en naar dit transformatorstation te brengen en door Europa te transporteren (de hoofdsnelweg), gaat het vanaf dit station met dunnere kabels en lagere spanningsniveaus naar alle opwekkers en verbruikers toe (de afrit). Het station voedt via deze kabels de dorpen en kernen in het oostelijk deel van Reimerswaal en is daarmee essentieel voor de energievoorziening in dit gebied.

Voorbereid op de toekomst
Tegelijk is dit een voorbeeld van hoe de energietransitie voor grote uitdagingen zorgt. Kijk maar eens om je heen; overal zie je windturbines en zonneparken. We staan hier op een locatie waar de energietransitie heel goed zichtbaar is. Tegenwoordig is dit station niet alleen een afrit van de elektriciteitssnelweg, maar ook een oprit voor alle duurzaam opgewekte wind- en zonne-energie als deze niet gelijk verbruikt kan worden in ditzelfde gebied.

Duurzaam opgewekte energie uit deze omgeving is via ondergrondse kabels aangesloten op dit transformatorstation. Het station zorgt uiteindelijk voor de verspreiding van de duurzaam opgewekte elektriciteit door deze via de transformator in spanning op te hogen en op het landelijke TenneT net aan te bieden. Grote opwekkers of verbruikers van elektriciteit hebben een eigen kabel naar dit station, andere kleinere klanten zitten aangesloten op de lokale distributienetten die weer vanaf hier gevoed worden. Net als de meterkast thuis kan het station niet onbeperkt capaciteit, of nieuwe groepen aan, waardoor we extra apparatuur moeten plaatsen of fysiek moeten uitbreiden met nieuwe stations. Met die uitbreiding kunnen we de energievraag van de toekomst aan.

In Zeeland vindt u op verschillende plekken dit soort grote elektriciteitsstations. Reimerswaal heeft er twee; deze en de tweede bij Kruiningen. Al die elektriciteitsstations werken samen aan de energievoorziening in Zeeland.

Meer weten?
Weten welke projecten Stedin nog meer doet in Zeeland? Bekijk dan onze projectenkaart: www.stedin.net/nieuwe-energie 

Logo Stedin
Stedin

Picknickplaats

U bevindt zich op de Westelijke Spuikanaalweg omgeving door de langste bomenlaan in het gebied. Het spuikanaal is speciaal aangelegd om overtollig water uit het Zoommeer, Volkerak en Markiezaatsmeer af te voeren richting Westerschelde. Het kanaal heeft geen vaarfunctie maar wordt wel bevist door beroeps- en hobbyvissers.

4. Hogerwaardpolder

Een deel van de Hogerwaardpolder wordt als natuurgebied beheerd door de Stichting Brabants landschap. Door beheer en Kreekherstel komen hier veel bijzondere planten en diersoorten voor. Niet alleen natuur maar ook landbouw wordt hier bedreven, met name nog in het westelijke deel. Onder de grond liggen belangrijke kabels en transportleidingen van stoffen die Zeeland in en uitgaan.

Leuke weetje:

Wist je dat door de Hogerwaardpolder een, onder wielrenners populaire, ouderwetse kasseienweggetje loopt?

In de toekomst willen we meer ruimte bieden voor natuur en natuurvriendelijke landbouw zoals agrarisch natuurbeheer. Door de leidingstraat zal ondergrondse een nieuw duurzaam energienetwerk voor waterstof worden aangelegd die als duurzame warmtebron voor de industrie en mobiliteit zal gaan dienen. Het gebied blijft toegankelijk voor natuurrecreanten.   

5. Kreekraksluizencomplex

Op het sluizencomplex staan 25 windmolens die elk ongeveer 1800 huishoudens van duurzame elektriciteit kunnen voorzien, een duurzaam opgesteld vermogen van 50 MW.

In de toekomst blijft het kanaal een belangrijk doorvaarroute, maar is er ook ruimte voor voor natuur, recreatie, hengelsport en duurzame energie. Zo onderzoeken de Rijksdiensten of er op het bufferbekken, direct naast het sluizencomplex, een drijvend zonnepark kan worden aangelegd waarbij ook de andere functies kunnen blijven bestaan.

6. Kreekrakpolder

In 1925 is gestart met het inpolderen van de Kreekrakpolder. Voor die tijd was het kreek en schorrengebied wat in open verbinding stond met de Westerschelde. De polder wordt hoofdzakelijk gebruikt voor de landbouw. Parallel aan het kanaal staan 7 windmolens die elk voor 1800 huishoudens aan duurzame elektriciteit produceren. De windmolens zijn in 2012 gebouwd.

In 2019 is in de Kreekrakpolder een zonnepark gebouw. De zonnepanelen die zijn gebruikt zijn van een nieuwe generatie die licht doorlatend zijn en ook aan de onderzijde energie opnemen. Zogenoemde ‘bifacial’ panelen. Het park bestaat uit ongeveer 40.000 panelen en levert voor ongeveer 3000 huishoudens duurzame elektriciteit.

De Kreekrakpolder is een gewilde plek voor het opwekken van duurzame energie. Dit komt met name door de korte afstand vanaf de hoogspanningsstations. In de toekomst staan we hier toe dat duurzame energie hand in hand gaat met duurzame landbouw, nieuwe teelten zoals notenteelt, de zoet wateropgave en robuust groen natuurnetwerk. Meervoudig ruimtegebruik wordt hier de nieuwe standaard.

7. Voormalige spuikom/ haven van Woensdrecht

Tot de aanleg van de Schelde-Rijn verbinding in de jaren’70 en ’80 was op deze plek het haventje van Woensdrecht met polderhuis gesitueerd. Een zogenaamde tijhaven die alleen bij hoogwater bereikbaar was. Bij de haven was een spuisluis waar polderwater op de Westerschelde werd geloosd. De Spuikom is gedempt en begroeid met riet, de oude sluis is nog aanwezig en loopt onder de weg door.  

Na de aanleg van het Schelde-Rijn kanaal is het schor ingedijkt en in gebruik als landbouwgrond. Door het gebied loopt een belangrijke afwatering. Door verbreding en op een natuurvriendelijke inrichting van de watergangen wordt het afstromende water uit de Brabantse wal beter benut. 

8. Windmolen

U staat onder de meest zuidelijke gesitueerde windmolen van de Windpark Kreekrak. De molen heeft een totale hoogte (inclusief diameter wieken) van ongeveer 130 meter.

Veel informatie over eigenschappen van windmolens is te vinden in de atlas van de leefomgeving: Kaarten | Atlas Leefomgeving

In het verlengde van de bestaande lijn van windmolens komen zuidelijk van de Bathsebrug nieuwe windmolens die de contouren van het Schelde Rijn kanaal volgen. Dit is windpark Ze-Bra. Windpark Ze-Bra | Eneco. De oudere windmolens in de Anna Mariapolder en nabij Bath worden in plaats hiervoor weggehaald.   

Weetje: Onderweg naar het volgend punt komt u langs het bijenreservaat, leuk om hier even af te stappen en het informatiepaneel te lezen.

9. Bathse Spuisluis

De Bathse Spuisluis ververst het water in het Zoommeer door overtollig zoet water af te voeren naar de Westerschelde. Hierdoor verbetert de waterkwaliteit.

De Bathse Spuisluis is anders dan de andere Deltawerken: het is de enige waterkering die niet is gebouwd ter verdediging tegen het water. De sluis staat aan het einde van het Bathse Spuikanaal. Beide zijn tussen 1980 en 1987 speciaal aangelegd om overtollig water af te voeren. Het kanaal is dan ook niet bedoeld om op te varen.

Kijk hier voor meer informatie over de Bathse Sluisluis.

Bron: Wikipedia

Downloads

Fietsroutekaart De Groene Kamers van Rilland